Zo werkt de provincie Utrecht aan klimaatdoelen
NieuwsREGIO > Wat kunnen we doen om klimaatverandering tegen te gaan? Dat is een vraag die ons steeds meer bezig houdt. Een van de doelen in het coalitieakkoord is om onze uitstoot flink terug te brengen. Klimaatbeleid is dus een opgave waarmee de coalitie de komende jaren voor de provincie Utrecht aan de slag gaat. Maar de klimaatopgave vraagt ook om een kritische blik. Doen we genoeg?
Als provincie zijn we vastbesloten om zo snel mogelijk een klimaatneutrale provincie te zijn. Provinciemedewerkers Sander Meppelink, Paul Lensink, Alexander Heusschen en Merel Tilstra laten zien hoe we klimaatdoelen meten en hoe we ondernemers, maatschappelijke instellingen en inwoners aansporen om zich ook in te zetten voor het klimaat.
Monitoren van onze voortgang
Door voortdurend te monitoren zien we hoe dicht we bij onze doelen zijn. Deze gegevens zijn terug te vinden in de Klimaatmonitor en de Klimaatparagraaf in de begroting van 2024. “Met monitoring zien we of uitstoot van broeikasgassen afneemt of niet.” Zegt specialist klimaatmonitoring Sander Meppelink. ”Ik ben enthousiast over monitoring, omdat het zorgt voor een objectieve blik op een vaak emotionele discussie. Het helpt om te bepalen wat er nodig is en wat er mogelijk is, bijvoorbeeld bij de plaatsing van windmolens. Ongeacht onze persoonlijke standpunten moeten we echt actie ondernemen.”
Luisteren naar elkaar
In de begroting voor 2024 is voor de eerste keer een klimaatparagraaf opgenomen. Kort gezegd laat die paragraaf zien hoe we als provincie presteren. Op dit moment is het duidelijk dat we onze uitstoot tegen 2030 niet genoeg zullen verminderen. Dit is niet alleen een zorg voor de provincie. Het raakt ook gemeenten, bedrijven en alle inwoners.
Paul Lensink is een van de schrijvers van de klimaatparagraaf en ziet kansen om het tij te keren.
Als provincie kunnen we de samenleving aanmoedigen om meer samen te werken, bijvoorbeeld op het gebied van monitoring en kennisdeling.
“Samen kunnen we die ambitieuze doelstelling van 55 procent CO2-reductie in 2030 echt bereiken. Ik voel me hier persoonlijk sterk bij betrokken. Ik wil mezelf in de spiegel kunnen aankijken en zeggen dat ik er alles aan heb gedaan om de zaken in de goede richting te sturen.”
De prijs van broeikasgassen
Wat kan dan efficiënt zijn? Daar buigt onder andere Alexander Heusschen zich over. Hij houdt zich bezig met een technische en ook spannende vraag: Wat is een eerlijke CO2-prijs? Om de uitstoot eerlijk te verrekenen met de impact op het milieu loont het om minder of niet te vervuilen. “In het verleden was onze focus vooral op de prijs-kwaliteitsverhouding. Nu moeten we ook rekening houden met onze impact op het milieu.”
Om de maatschappelijke gevolgen van onze uitstoot van broeikasgassen intern te verrekenen, hebben we het Klimaatverbond Nederland gevraagd om advies voor een eerlijke prijs. Het resultaat is een prijs van 875 euro per ton CO2, een flinke verhoging ten opzicht van de gemiddelde prijs van enkele tientjes per ton.
Alexander Heusschen: “De hogere CO2-prijs zorgt ervoor dat de impact van klimaatverandering zwaarder weegt. Gelukkig zijn er veel ondernemers die het beste met de wereld voorhebben. Daar moeten we goed naar luisteren en van leren.”
Het goede voorbeeld geven
Om klimaatverandering te stoppen is verandering noodzakelijk. Verandering kan spannend zijn en goede voorbeelden helpen daarbij. Onze organisatie wil het goede voorbeeld geven als het gaat om het verminderen van CO2-uitstoot. Op die manier inspireren we ondernemers en inwoners in onze provincie om ook stappen te zetten.
Het is de taak van Merel Tilstra om de CO2-uitstoot van de provincie zelf kritisch te onderzoeken. Ze richt aan de ene kant op de grote zaken: woon-werkverkeer, inkoop en de panden, maar aan de andere kant juist op zichtbare aanpassingen zoals duurzame bedrijfsgeschenken en eigen koffiebekers.
Onze voorbeeldfunctie is cruciaal in onze gesprekken naar buiten.
“Er gebeurt meer dan je op het eerste gezicht zou denken. Al onze panden zijn dit jaar aardgasvrij gemaakt. Zes van onze zeven panden hebben een energielabel A of hoger. Daar mogen we als provincie echt trots op zijn. Onze voorbeeldfunctie is cruciaal in onze gesprekken naar buiten.”
Provincie Utrecht
